Ieu kaca can diuji baca
138
BIJGELOOF IN DE PREANGER-REGENTSCHAPPEN.
anak sija” (dasr heb je je kind). Deze lezing wijkt dus eenigszins af van hetgeen mij is meegedeeld.
- ngesedkeun grw. kesed (Jav.)
- Nji Sri of Dewi Sri, de bekende schutsgodin van de rijst.
- dihoeroensoeloehkeun van hoeroen, samenbinden en soeloeh, brandhont; dihoeroensoeloehkeun = als brandhout samengebonden en samen verbrand worden, of over één kam geschoren worden (O).
- longlongan babari bejak (C).
- „Noe herang noe ngalenggang noe ngagentjlang, mahal sorangan” bet. ongeveer: „gij blinkende, heldere, lichtende, gij zijt de allerbeste,” en is een lofrede op de rijst.
- „Sangratoe tjokot oelah satjokot-tjokotna dagoan pamere aing,” is een verzoek, waarschijnlijk aan Nji Sri, om niet van de rijst te nemen, maar te wachten tot daarvan gegeven wordt.