Kaca:Tijdschrift voor Indische Taal- Land- en Volkenkunde, LIII.pdf/200

Ti Wikipabukon
Ieu kaca can diuji baca

177

De berg-, rivier- en plaatsnamen, voor zoover die heden nog bestaan, wijzen alle op de Midden-en Oost-Preanger; de West-Pasoendan sehijnt met Pakoean te dier tijde nog niet in betrekking te hebben gestaan.

Keeren wij na deze uitwijding derwaarts terug, in verband met nog enkele andere opgaven der Tjurita Parahyangan.

De stichter van Pakocan komt daarin voor en wel bijna onder denzelfdom naam en met dezelfde titels als op den Batoe-toelis, doch in zulk een zonderlingen samenhang van viken, dat er niet veel wezenlijks uit af te leiden valt.

De tekst Iuidt.[1]

Sanghyang Aloe wĕsi noe njaeuran Sanghyang Rantja Maja midjil naha Sanghyang Rantja Maja: nqaran koela ta Sang Oedoe Basoe, Sang Poeloenggana Sang Soeroe Gana Ratoe Hyang Banaspati Sang Soesoek Toenggal injana ajyana Palaka Sriman Sriwatjana Sri Badoega Maharadja di Radja, Ratoe Hadji di Pakwan Padjadjaran, noe mikadatwan Sri Bima Poenta Narajana Madoera Soera Dipati injana Pakwan Sanghyang Sri Ratoe Dewa, kawekasan Sang Soesoek Toenggal pawawatan lĕmah soeksi, lĕmah hade ke prĕmana.
Radja oetama lawas nija ratoe saratoes tahoen.
Rahyang Bangga lawas nija ratoe toedjoeh tahoen kena twah sya mo makejanna bĕnĕr.
Rakejan Tarimĕding lawas adéy ratoe toedjoeh tahoen,
Rakejan Tadiwoes lawas nija ratoe opat likoer tahoen,
Rakejan Tawoewoes lawas nija ratoe toedjoeh poeloeh dwa tahoen,

——————————

  1. Fol, 20,- Fol. 31, Loatstgesioomd trengi in de Inatete regets eon nieuw hoottstuk met deren aan yang: - rNGelih mdher teubenj Sang Hist Gicroe snisewieeukeun Sung Haliscoemgngan ina Sang. Svesuck: toenggal noe moeiarna Pakioan reiutjeung't, Ken Merbi) sanstuitend blad tx let te vinden, Opgemerkt ail, dat Haliwoeng. ngan tog in ‘Tji-hallwoong yoortleeft. Dat Juist ook bier cen hiaat is, is dublel te betreuren, omdat joe peenarna Pakwan beteckent dle “t onde Pakwan doot een nieuw Yérving, hetgeen Lot de ooderstalling leldt, dat een oudere stad van Glen naam yerwoest Went-mlachien oor Mostim's- en later herbonwd door Rang Sorsoek toongenl. ‘Mag meu dit aan Semen, dan wordt de Tjarita Parahyangnn wel lets doidelifker hier en danr, doch nit fo maken, wat in can op 't onde on wat op 't nieuwe Fakwan slant, ix niet mogulik, Vergulijk Bijlage %,